Deadline
04 september 2025
Budget
56.000.000
Code
LIFE-2025-STRAT-ENV-SIP-two-stage
04 september 2025
56.000.000
LIFE-2025-STRAT-ENV-SIP-two-stage
Expected Impact:
In relation to those expected impacts, applicants are expected to define, calculate, explain and achieve the expected impacts as described in Award criterion ‘Impact’ of the full proposal evaluation (see Call document).
Objective:
Support the full implementation of the following plans and strategies:
– Circular Economy: National or Regional Circular Economy Action Plans, Strategies, Roadmaps or similar, which are officially approved, and which include specific and measurable actions, or targets, with a clear timeline and are in line with or complement the objectives of the EU Circular Economy Action Plan and, when relevant of the Bioeconomy Strategy.
– Waste: National and regional Waste Management Plans pursuant to Article 28 of the EU Waste Framework Directive and/or Waste Prevention Programmes as requested by article 29 of the EU Waste Framework Directive.
– Water: River basin management plans pursuant to Annex VII to the EU Water Framework Directive, Flood Risk Management Plans pursuant to the EU Floods Directive, Marine Strategies pursuant to the EU Marine Strategy Framework Directive, Drought Management Plans as suggested by Article 13 (5) of the Water Framework Directive.
– Air: Air quality plans pursuant to the EU Ambient Air Quality Directive, National Air Pollution Control Programmes pursuant to the EU National Emission Reduction Commitments Directive.
– Noise: Noise action plans pursuant to the EU Environmental Noise Directive.Scope:
SIPs should aim at the full implementation of the strategies and plans listed in “Objective”. This might not mean that the SIP will cover all actions foreseen in the strategy/plan or that the strategy/plan will be fully implemented during the lifetime of the SIP. However, the SIP shall include strategic actions to catalyse a process and mobilise supplementary commitments and funding that will lead, in due time, to the full implementation of the plan or strategy.
SIPs shall promote the coordination with and mobilisation of other relevant Union, national or private funding sources for the implementation of the complementary measures or actions outside of the SIP in the framework of the targeted plan or strategy, giving preference to EU funding. Within the SIP itself, however, co-funding may not come from other EU funding sources.
SIPs shall actively involve the main stakeholders necessary for the implementation of the targeted plan or strategy. They should be involved in both the design and implementation of the given project. This involvement is expected to be achieved by including them – where possible and reasonable – as associated beneficiaries of the SIP, or through their active participation in the implementation of the SIP itself and/or of the complementary actions.
SIPs should facilitate and result in the building up of strategic capacities among the competent authorities and stakeholders to ensure a long-term sustainability of project results and actions, and to ensure that they will be able to function as co-deliverers of the targeted plan or strategy during or after the end of the SIP.
The SIP complexity requires an adaptive approach in the design of the implementing mechanism. For this reason, SIPs will be implemented based on a revolving programming mechanism structured in phases (i.e. Phase 1, Phase 2, etc.). Each phase should normally last at least 3 years, to reduce administrative burden, although duration might be shorter if properly justified.
See Call document and Frequently Asked Questions (FAQ) for a more detailed description of SIPs scope and features.
LIFE is het financiële instrument van de EU ter ondersteuning van milieu natuurbehoud en klimaatprojecten in de hele EU. De specifieke doelstellingen van het programma zijn in de eerste plaats hulp bij de overgang naar een economie die duurzaam, circulair en energie-efficiënt is, gebaseerd is op hernieuwbare energiebronnen en bestand is tegen klimaatverandering. Ten tweede het milieu beschermen, verbeteren en vernieuwen. Ten slotte wil het LIFE-programma het netwerk van Natura 2000-gebieden beheren om het verlies aan biodiversiteit een halt toe te roepen en om te buigen en de achteruitgang van het milieu te voorkomen. Uitvoerende organisatie is The European Climate, Environment and Infrastructure Executive Agency (CINEA).
Het nieuwe LIFE instrument bestaat uit vier sub programma’s :
1. Natuur en biodiversiteit
Natuur en biodiversiteit (subprogramma milieu) financiert beste praktijk-, pilot- en demonstratieprojecten die bijdragen aan de implementatie van de richtlijnen vogel- en habitatrichtlijnen en de biodiversiteitsstrategie 2030 en voor de ontwikkeling, uitvoering en het beheer van het Natura 2000-netwerk.
2. Circulaire economie
Het doel van dit subprogramma is om de overgang te vergemakkelijken naar een economie die duurzaam, circulair, vrij van gifstoffen, energie-efficiënt en bestand tegen klimaatverandering is. Het gaat hierbij om projecten op het gebied van milieu en circulaire economie, zoals recycling en hergebruik van hulpbronnen uit afval, water, lucht, bodem en chemicaliën. De belangrijkste focus van dit subprogramma ligt op het verstrekken van subsidies voor standaardacties (Standard Action Projects, SAP).
3. Klimaatmitigatie en -adaptatie
Klimaatmitigatie verwijst naar inspanningen om klimaatverandering tegen te gaan, terwijl klimaatadaptatie inhoudt dat je je aanpast aan het veranderende klimaat, zoals je voorbereiden op overstromingen of droogte. Dit omvat het verminderen van CO2-uitstoot, het bevorderen van duurzame klimaatverandering en het vergroten van het bewustzijn over het tegengaan van klimaatverandering.
4. Clean energy transition
Dit laatste subprogramma is gericht op de overgang naar een energie-efficiënte, op hernieuwbare energie gebaseerde, klimaatneutrale en -veerkrachtige economie te vergemakkelijken door coördinatie- en ondersteuningsacties in heel Europa te financieren. Deze acties, met een hoge toegevoegde waarde voor de EU, zijn erop gericht de marktbelemmeringen die de sociaaleconomische overgang naar duurzame energie belemmeren, te doorbreken, waarbij doorgaans meerdere kleine en middelgrote belanghebbenden, waaronder lokale en regionale overheden en organisaties zonder winstoogmerk, worden betrokken en waarbij de consument wordt betrokken.
Standard Action Projects (SAP) max. 60% met uitzondering van:
67% voor projecten gericht op zowel prioritaire als niet-prioritaire habitats en/of soorten(Nature & Biodiversity).
75% voor projecten die uitsluitend gericht zijn op prioritaire habitats en/of soorten (Nature & Biodiversity).
Strategic Nature Projects (SNAP) max. 60%
Uitvoering van samenhangende actieprogramma’s in de lidstaten met het oog op de integratie van deze doelstellingen en prioriteiten in andere beleids- en financieringsinstrumenten, onder meer door gecoördineerde uitvoering van de prioritaire actiekaders.
Strategic Integrated Projects (SIP) max. 60%
Uitvoering, op regionale, multiregionale, nationale of transnationale schaal, van milieu- of klimaatstrategieën of actieplannen van de autoriteiten van de lidstaten en vereist door specifieke milieu-, of klimaat- of relevante energiewetgeving of -beleid van de Unie, waarbij ervoor wordt gezorgd de belanghebbenden erbij te betrekken en de coördinatie met en mobilisering van ten minste één andere EU, nationale of particuliere financieringsbron.
Technical Assistance Projects (TA)
Voor TA-projecten voor de voorbereiding van SNAP’s en SIP’s (TA-PP) en voor de herhaling en opschaling van resultaten en (TA-R) max. 60%
Een uitzondering wordt gemaakt voor de projecten voor capaciteitsopbouw (TA-CAP) ter verbetering van de daadwerkelijke deelneming aan het LIFE-programma van max. 95%.
Other Action Grants (OAG) max. 95%
Behalve voor de kleine subsidies voor biodiversiteit in de OR’s en de OCT’s die de voortzetting vormen van het BEST-programma, met max. 100%.
Operating Grants (OG) max. 70%
LIFE creëert naast de traditionele projecten twee financiële instrumenten. Deze worden beheerd door de Europese Investeringsbank EIB:
Om van deze specifieke instrumenten gebruik te maken, dient men zich rechtstreeks te wenden tot de EIB: PF4EE_Instrument@eib.org of NCF_Instrument@eib.org.
Ondernemers, kennisinstellingen, burgers en overheid samenbrengen, voor heel EU
Alleen Europese partners nodig bij het subprogramma Transitie naar schone energie (3 partners uit 3 lidstaten).
Budget 2021-2027: 5,4 miljard euro.
60% van het budget is voorzien voor biodiversiteit.
Via de EU-portal Funding and Tenders opportunities.
LIFE is in direct beheer. Dit betekent dat de implementatie van de financiering – van het opstellen van calls tot evaluatie en financiële afwikkeling – rechtstreeks door de Europese Commissie of door een Europees uitvoerend agentschap wordt gedaan.